[Á¦Ç° »ç¾ç]
1. deze bescherming º¸µå Ä beschermen ÆĶóµå ÀÀÃà±â ¿£ ¸®Æ¬ ƼŸ³×ÀÌÆ® batterijen, ¿£ geschikt voor ÆĶóµå ÀÀÃà±â ¿£ ¸®Æ¬ ƼŸ³×ÀÌÆ® batterijen ¸¸³ een ½ºÆÐ´× ¹ê 2.7V
2. µå º£¼Å¹Ö ½ºÆÐ´× Ä ¿öµç afgestemd binnen het bereik ¹ê 2.5V-3V µµ¾î vervangen Àü¾Ð ºÐ¹è±â weerstand (hogere gelijkmaker ½ºÆÐ´× ¸ð¿§ vervangen µå È£±× weerstand vermogen)
3. het werkingsprincipe ¹Ý È÷Æ® ȸ·Î´Â dat wanneer de ½ºÆÐ´× ¹Ý ¿£ ÄÌ·¹ batterij/Äܵ§¼ È£°Å´Â ´í È÷Æ® evenwicht ½ºÆд×, de batterij/Äܵ§¼ ´Ü¾î afgeverd µµ¾î draaien op de Æ®·£Áö½ºÅÍ binnen het ȸ·Î, en de overtolige ÈûÀº warmte ¹® de Èû weerstand¿¡¼ afgeveroveredÀÌ´Ù.
4. ȸ·Î ±Õµî Àü¾Ð nauwkeurigheid ± 1%
5. de ´ÜÀÏ stuk bescherming º¸µå´Â geschikt voor ¿¤Å© 1-6S batterij/ÀÀÃà±âÀÔ´Ï´Ù. Wanneer Het aantal ½º³ª·»Àº ¸¶Àδõ ´í 6S, ½½¸´ È÷Æ® ¹Ý µå ³×°ÅƼºê Æú º¼°Õ ÇìÆ® ½ºÅ°¸¶, ¾Ó ¶óÆ® µå ¿¢½ºÆ®¶ó ¸®Áî³Ù ·¹ÁöÀÔ´Ï´Ù.
1. µ¶»ç ºÎ¸£ ¸ùŸÁÖ
-¸®Æ¬ ƼŸ³×ÀÌÆ® beschermende Ç÷§
Voordat assembleren, zorg ervoor dat de ÀÏ°ü¼º ¹Ý de batterij °£´Ù, ³»ºÎ ¼Á¡/capiteit ¹Ý ¿¤Å© batterij ¸ð¿§ Å× verschillende. ÃÖ°íÀÇ Å×½ºÆ®´Â te kiezen een batterij°¡ ¸¸³ goede ÀÏ°ü¼º vormen een accu, zodat de accu Ä bereiken de langste levensduurÀÔ´Ï´Ù.
2. ̾˟
¸®Æ¬ ƼŸ³×ÀÌÆ® batterij:
¶óµ§ ¿Â ¿Â tladen dezelfde Æ÷Æ®, zonder de bescherming º¸µå. µå ¶ó´õ ¸ð¿§ gebruiken en ¸®Æ¬ batterij opader (verstelbare gereglementeerde voding Ä ok worden gebruikt). Algemeen, de hoogste zalwordÀÇ gemarkerd op de lader¿¡ °ÉÃÄÀÖ´Ù. Het verboden om een lood batterij plader om ¸®Æ¬ batterijenÀÔ´Ï´Ù.
Laadspanning: Het aantal batterij ¹®ÀÚ¿Àº N, de ¼¿ ½ºÆд×Àº beperkt tot 2.7V, en de maximale opladen ½ºÆÐ´× niet meer ´í N * 2.7 VÀÔ´Ï´Ù. Bijvoorbeeld, 5 ½º³ª·» ¹ê batterij ÆÑ, de maximale ½ºÆÐ´× ´Ï¿§ ¹Ì¾î ´í 5*2.7 = 13.5V. ¾Ë½º µå ½ºÆÐ´× ¹Ý µå ¶ó´õ Å× Èı״Â, ¾Ë·¹ controlelampjes zal oplichten È÷Æ® ¹Ý µå ¼±ÇÏ, ¿£ µå ¿ÀÇÃ¶óµ§ Ä worden gestopt op dit ¼ø°£ÀÔ´Ï´Ù. Als deze stat´Â gehandhaafd voor een lange tijdÀÌ°í, het´Â bescherming bordeÀÌ´Ù.
Laadstroom: Het´Â bepaald door de prestaties ¹Ý µå ¶ó´õ ¿£ batterij, en heep niets Å× maken ¸¸³ µå bescherming board gebruiktÀÔ´Ï´Ù.
µå eerste ¼±ÇÏ: Voordat opladen, zorg ervoor dat µå ½ºÆÐ´× verschil ¹Ý ¿¤Å© batterij´Â binnen 0.05V, ¿£ µå batterij È£°Å ´í ¸ð¿§ worden afgevoerd naar hetfde niveauÀÔ´Ï´Ù. Op de »óÅ ¹Ý µ¥ bescherming º¸µå op ¿¤Å© ¼ø°£ wanneer opladen voor de eerste Å°Ä¿ÇÏÀÚ! Wanneer de ½ºÆÐ´× ¹Ý ¿£ ÄËÄÌ·¹ batterij bereikt ¿µ¿øÈ÷ 2.7V, de ¿À¹ö ½ºÆÒ Ç¥½Ã±â ºê·£Æ®. À§´ëÇÑ ¼ø°£, ¸ð¿§ ½ºÆä¼ÈÀÎ ¾Æ¾ÈÇÏÆ®°¡ ÀÍ»ì³ ¹Ý µ¥¹ÙÅ׸®Áö¸¦ ÃßÇàÇß´Ù.
ÆĶó:
Voor gebruik, lad de Äܵ§¼ ÀºÇà ¿È een vergelijkbaar ¸¸³ de werkende staat. U kunt een °íÃâ·Â ¼¾ç¼ te beperken de huidige op de ve stroombesiliging veroorzaakt ¹® ¿À¹ö¸¶Æ® stroomÀÇ beschadigd ´Ü¾î¸¦ ÅõÇ¥ÇÕ´Ï´Ù. Als er Áö½ÃÀÚ licht op wanneer de ÀÀÃà±â ÀºÇà Á¤»ó werkt, verwijder de ÀÀÃà±â ÀºÇà om de capiciteit ¹Ý µå ÀÀÃà±â. Raadpleeg de geavanceerde sectie voor de ÆĶóµå ÀÀÃà±â ¿ë·® Å×½ºÆ® ¹æ¹ý.